Gezonde bodem – deel 4 – Het (bodem)voedselweb

Tekst bij de afbeelding: De mycchoriza schimmel (witte draden) verlengt het wortelsysteem (bruin) van de plant en versterkt de capaciteit voor opname van voedingsstoffen
(foto door: Rachael Kowaleski)


Een gezonde bodem is belangrijk voor dieren, planten, bloemen én voor onze oogst. De bodem, jarenlang onderbelicht, blijkt een wereld op zich. Een gezonde bodem zit namelijk vol leven. Niet alleen met wormen en insecten maar ook met een duizelingwekkende hoeveelheid bacteriën, schimmels en andere micro-organismen. Al dit leven houdt onze planten gezond en is dus onmisbaar. Chemische middelen schaden micro-organismen. Omdat de planten dan geen hulp meer krijgen van de micro-organismen zijn er steeds meer kunstmatige toevoegingen nodig. Deze zijn giftig voor mensen en andere levensvormen en dus belanden we in een vicieuze cirkel. Het alternatief is erken op een manier die het bodemvoedselweb versterkt in plaats van schaadt.

Hoe werkt het (bodem)voedselweb?
In en op de bodem is het een eten en gegeten worden. Het overzicht van wie wie eet in de bodem, heet het bodemvoedselweb (zie afbeelding). Dit is een complex geheel. Al het levende in en op de bodem is met elkaar verbonden. Interacties, relaties, chemische en fysische processen verbinden alle organismen met elkaar. Ook de mens maakt deel uit van het voedselweb. Immers als we al het levende weg zouden halen van de aarde dan sterft de mens drie keer, zo afhankelijk zijn we van alles wat leeft. Zonder zuurstof houden we het negentig seconden vol. Zonder eten drie dagen en zonder water drie weken. Daarom zijn wij deel van het voedselweb.

Laten we beginnen bij de plant. De plant vormt biomassa door middel van fotosynthese. Simpel gezegd zet de plant zonlicht om in suikers en zuurstof. Via de wortels scheidt de plant koolhydraten en eiwitten uit. Hiermee voeden bacteriën en schimmels zich. Daarom beïnvloeden planten de aantallen en soorten schimmels en bacteriën in de grond. Voedingsstoffen vormen een gesloten kringloop. Elk organisme sterft, wordt gegeten door een ander organisme, of scheidt mest uit. Al die biomassa wordt (zolang zij binnen het ecosysteem blijft) in een aantal stappen afgebroken. Verschillende organismen zorgen hiervoor. Bij deze afbraak komen er voedingsstoffen vrij. Bacteriën en schimmels slaan de voedingsstoffen op. Als zij doodgaan of opgegeten worden, kan de plant hun voedingsstoffen weer opnemen. Bij gebruik van kunstmest verdwijnt een groot deel van de voedingsstoffen in het grondwater. Zónder kunstmest blijven de voedingsstoffen aanwezig in de bodem én beschikbaar voor de plant.

Een gezond bodemvoedselweb bevat ook ziekteverwekkende schimmels en bacteriën. Deze concurreren met ‘goede’ bodemorganismen om voedingsstoffen, lucht, water en ruimte. Een grote diversiteit aan ‘goede’ bodemorganismen houdt ziekteverwekkende schimmels en bacteriën in bedwang. Bovendien vormen schimmels een net rondom plantenwortels. Dit net beschermt de plant tegen pathogene schimmels en bacteriën. Ook bacterieel slijm vangt pathogenen. Sommige schimmels en bacteriën produceren stoffen zoals vitaminen en antibiotica, die de plant gezond houden. Elk lid van het bodemvoedselweb heeft een specifieke rol. Wanneer één element van het voedselweb wordt uitgeschakeld, kan dit drastische gevolgen hebben.

Bron: https://wiki.groenkennisnet.nl/space/BB/11862043/2.1+De+kern%3A+het+bodemvoedselweb


Wist je dat:

  • hoewel de humuslaag slechts 5% van de bodem uitmaakt deze de vruchtbaarheid van de bodem bepaalt?
  • humus de doorslaggevende factor is voor de stabiliteit van de bodemstructuur?
  • zonder humus er geen leven in de bodem mogelijk is?
  • organische stoffen onder invloed van lucht worden afgebroken?
  • organische stoffen verteren als er geen zuurstof aanwezig is?
  • in beide gevallen humus ontstaat die zich vermengt met de minerale bodem zodat een vruchtbare bodem ontstaat?
  • Een vingerhoedje grond 1000 eencelligen, 100.000 algen, 400.000 schimmels en 600.000 bacteriën bevat?
  • Bacteriën de waterkringloop op aarde in stand houden?
  • Een plant het enige levende organisme is dat zelf zijn voedsel kan maken?

    In deel 5 van de serie over de bodem zetten we de regenwormen in het zonnetje. Zij nemen een bijzondere plek in de bodem in.

PLANT VAN DE MAAND JULI

Beemdkroon


Beemdkroon – Knautia arvensis

Beemdkroon is een overblijvende plant uit de kamperfoeliefamilie en staat op de rode lijst. Reden genoeg om aandacht te besteden aan deze rijkbloeiende plant die ook nog eens lang bloeit. Maar dat niet alleen. Veel verschillende soorten bijen komen nectar drinken omdat de nectar ook voor bijen met een korte tong toegankelijk is. Niet alleen honingbijen maar ook diverse soorten solitaire bijen zoals de Blauwzwarte houtbij en de Breedbandgroefbij, hommels, zweefvliegen en dagvlinders zijn op de beemdkroon te vinden. De knautiabij is zelfs afhankelijk van deze plant en ook de beemdkroonboktor leeft op en van de plant hoewel die in Nederland niet vaak is waargenomen.
Beemdkroon houdt van zon maar verdraagt ook licht schaduw. Knautia, de botanische naam, dankt ze aan de Duitse arts en plantkundige Christian Knaut die van 1654 tot 1716 leefde.
Arvum is het Latijnse woord voor akker, veld en (bouw)land. De soortaanduiding arvensis betekent op akkers of in het veld voorkomend of groeiend. Vroeger heette de plant Scabiosa arvensis omdat ze gebruikt werd bij de behandeling van schurft, Scabies is het Latijnse woord voor schurft, vandaar ook oude Nederlandse namen als Schurftkruid en Grote scabieuse. De Nederlandse naam Beemdkroon betekent kroon van een beemd. Beemd verwijst naar een vochtig tot drassig gras- of hooiland zoals in hooidalen. Omdat daar vroeger geen bemesting plaatsvond, was er een rijke flora.
Het blad gebruikte men vroeger als surrogaatthee. Het jonge blad kun je eten, bijvoorbeeld in een gemengde salade maar echt lekker is het niet hoewel smaken natuurlijk verschillen.

Commissie Natuurlijk Tuinieren
natuurlijktuinieren@onsbuitenleiden.nl

Knautia arvensis


Gezonde bodem – deel 3 –

Een molshoop draagt bij aan een luchtige bodem

de waterhuishouding van de bodem
In een grillig klimaat is de waterhuishouding ontzettend belangrijk. Het ene jaar hebben we langdurige droogte met hevige plensbuien en het andere jaar hebben we langdurige regen. We maken ons zorgen over de hoogte van het grondwater en tegelijkertijd moeten we overtollig water kunnen afvoeren als de tuin dreigt te overstromen. Waterreservoirs zoals regentonnen en vijver(tje)s zien we volop in onze tuinen en zolang er in droge zomers geen verbod is, kunnen we water voor de planten uit de sloot halen.
Toch is er een eenvoudige manier om ervoor te zorgen dat je niet met water hoeft te sjouwen en je je ook niet druk hoeft te maken over wateroverlast. De bodem kan namelijk de eigen waterhuishouding reguleren als er een vochtbuffer is. Een humuslaag op de bodem is zo’n goede buffer. De planten zijn dan niet afhankelijk van de mens en putten uit de vochtvoorraad die in de humuslaag zit. Bovendien heeft een biologisch actieve bodem, noodzakelijk voor de groei en bloei van planten, humus nodig.
Humus ontstaat door de activiteit van de organismen op en in de bodem. Het is het totaal van dood organisch materiaal in de bodem. Afgebroken en verteerde organische stoffen die zich met de minerale bodem vermengen hebben een vruchtbare bodem als resultaat. De humuslaag bepaalt in hoge mate de vruchtbaarheid van de bodem. Je kunt de humuslaag vergroten door veel organisch materiaal toe te voegen zoals compost en groenbemesters die je onder de grond werkt zodra ze zijn afgestorven. De
bodem is dus blij met een luie tuinder: de oogstresten, afstervende plantendelen en bladeren die je in de herfst laat liggen, vormt het bodemleven allemaal om tot humus en daar hoef je helemaal niets voor te
doen! Humus is de doorslaggevende factor voor de stabiliteit van de bodemstructuur. Zonder humus is er geen leven in de bodem mogelijk.

Courgette tussen stro

Wist je dat:

  • het organisch materiaal bestaat uit 10% plantenwortels, 5% bodemleven en 85% afgestorven organisch materiaal (= humus)?
  • het bodemleven bestaat uit 40% bacteriën en straalschimmels, 40% schimmels en algen, 12% regenwormen en 8% overige diertjes?
  • in de ruimte met de meeste wortelvorming, dus een kruimelige bodem, organisch materiaal wordt afgebroken en tot humus gevormd, door o.a. bacteriën, schimmels, regenwormen, slakken, pissebedden, kevers, mijten en insectenlarven?
  • humus in de kleibodem, zoals op Ons Buiten, bijdraagt aan een grotere porositeit en daarmee aan een betere luchtigheid en opwarming?
  • er twee soorten humus zijn, namelijk voedingshumus en bestendige humus?
  • voedingshumus uit plantenresten van kruidachtige, zachte en niet verhoute plantenresten bestaat die snel door bodemorganismen worden afgebroken en een goede voedingsbron zijn voor het bodemleven?
  • bestendige humus het slecht afbreekbare materiaal is van houtachtige bestanddelen die veel cellulose of lignine bevatten en daarom langzaam worden afgebroken?
  • De stabiele bodemkruimels van de bestendige humus goed zijn voor de biologische activiteit van de bodem en habitat voor veel microben?
  • de kleur van de bodem de hoeveelheid humus die hij bevat verraadt? Hoe donkerder de bodem hoe meer humus hij bevat.
  • je de hoeveelheid humus kunt aflezen aan de hand van een molshoop omdat mollen aarde uit diepere grondlagen naar boven brengen?

    Commissie Natuurlijk Tuinieren
Een vijvertje in de tuin zorgt voor waterberging bij plensbuien

Gezonde bodem – deel 2

Wat is een gezonde bodem?

Terwijl we ons als tuinders vooral bezig houden met alles wat er boven de grond gebeurt, ontdekken we steeds meer het belang van de bodem waarop onze planten bloeien en groeien. We verzorgen onze planten, geven ze water als ze dorst hebben en halen verstikkend onkruid weg zodat ze de ruimte hebben om te groeien. Al met al een hele klus. Als dank krijg je een bloeiende tuin of een rijke oogst.

Wij eten groenten. Groenten halen op hun beurt hun voeding uit de bodem. Maar wat krijgt de bodem daar eigenlijk voor terug? Hoe voorkomen we dat de  bodem uitgeput raakt? Het blijkt een kwestie van geven en nemen met vier kernpunten:

1. de bodemstructuur (zie hieronder),
2. de waterhuishouding (deel 3)
3. de voedingswaarde/ bodemvruchtbaarheid (deel 3, 4)
4. het bodemleven/ het bodemvoedselweb (deel 4, 5).

Ze zijn alle vier essentieel voor een goede ontwikkeling van de planten.

1. Wat is een goede bodemstructuur?

De structuur van de bodem betreft de verhouding tussen lucht, water, mineralen en organisch materiaal. De structuur van de bodem gaat over dichtheid en doorlatendheid. De structuur bepaalt hoeveel water en lucht een bodem kan bevatten. In grote poriën van de bodem zit lucht, in de kleine zit water. De structuur beïnvloedt welke beestjes er in de bodem kunnen leven dus hoeveel biodiversiteit er in de bodem zit. Hoe meer biodiversiteit, hoe minder ziekten en plagen.

Een gezonde bodem heeft een open structuur. Bij een slechte bodemstructuur (bijvoorbeeld door zware regen op kale grond) ontstaan verschillende problemen. Water zakt niet weg en blijft staan. Er is geen zuurstofverversing, de bodem wordt ‘anaeroob’ en nuttige micro-organismen sterven. Bij een slechte bodemstructuur zijn schadelijke organismen (zoals de worteletende aaltjes) in het voordeel ten opzichte van hun natuurlijke bestrijders (zoals roofaaltjes). Natuurlijke bestrijders zijn namelijk groter en hebben een meer poreuze bodem nodig. Veel mensen denken onterecht dat je structuur creëert door te ploegen, te spitten of te frezen. Dat is onjuist, maar hoe ontstaat een goede bodemstructuur dan wel?

Een goede kruimelstructuur ontstaat als volgt: op de aarde blijft water liggen, waarin algen groeien. Zij voegen biomassa toe waardoor er voedsel ontstaat voor bacteriën. Bacteriën produceren een slijmlaag (biofilm) waarmee ze zich aan de bodemdeeltjes hechten en waarmee de bodemdeeltjes aan elkaar hechten. Planten produceren biomassa, waarmee ze het bodemvoedselweb van energie voorzien. Schimmeldraden kunnen dan tussen de bodemdeeltjes groeien en rijgen deze aan elkaar tot kruimels. Vervolgens bewegen wormen zich door de bodem en produceren mineralen en organische stof (humus). Samen met gravers zoals mollen vormen zij gangenstelsels waardoor lucht en water de bodem binnenkomen.

Een optimale kruimelstructuur in de bodem maakt de bodem vruchtbaar. Een kruimelige structuur van de grond bevat lucht waardoor planten goed kunnen wortelen en een uitgebreid wortelstelsel opbouwen. Een plant met een goed wortelstelsel staat stevig en neemt voldoende voedingsstoffen en water uit de bodem op. Pas dan kan een plant zich goed ontwikkelen, groeien en bloeien. Bovendien zorgt een kruimelige structuur ervoor dat de bodem niet dichtslaat en dat overtollig water gemakkelijk weg kan.

Kleigrond, zoals we die op Ons Buiten hebben, is de ‘moeilijkste’ grondsoort. De kleine kleideeltjes binden voedingsstoffen en water goed en bevatten veel voedingswaarde en nutriënten. Maar een kleibodem is snel verzadigd met water en warmt langzaam op. Omdat een kleibodem heel compact is nemen de planten moeilijk voeding op. Kleigrond is lastig te bewerken omdat de bodem gemakkelijk dichtslibt en zich snel verdicht.  Bij zware kleibodems verbeter je de luchtigheid en waterdoorlatendheid door zand of compost toe te voegen.

In deel 3 van deze serie bespreken we het effect van een goede waterhuishouding van de bodem en de betekenis van humus voor een gezonde (klei)bodem.

Wist je dat:
– meer dan 90% van de wereldwijde voedselproductie direct afhankelijk is van de bodem?
– de vorming van een centimeter nieuwe bodem gemiddeld honderd jaar duurt?
– een vruchtbare bodem uit 45% minerale deeltjes bestaat, uit 25% water, 25% lucht en 5% organisch materiaal?

Foto’s: Anne Marie van Dam en Caroline de Vlaam
Foto’s: Anne Marie van Dam en Caroline de Vlaam

Tel de Libel!


Tel de Libel! Doe mee met de Landelijke Libellentelling (zie ook: www.vlinderstichting.nl/libellentelling)

Wanneer is de telling en hoe vaak moet je tellen?

De libellentelling 2023 start op vrijdag 9 juni tot en met zondag 11 juni.

Elke telling wordt op prijs gesteld. Je mag dus zo vaak tellen als je wilt! Eén keer tellen is al voldoende om mee te doen. Maar je kan ook 2, 3 of 10 keer tellen in je tuin. Ook nul libellen in de tuin telt als een telling.

Waarom moet je tellen?

Nederland is een echt libellenland: er komen hier ongeveer 65 soorten libellen voor. Door het verdwijnen van natuur, klimaatverandering en watervervuiling staan veel libellensoorten onder druk. Tijdens de Libellentelling peilen we hoe het gaat met de verschillende soorten in onze tuinen.

Telling doorgeven

Jouw resultaten kan je doorgeven via tuintelling.nl. Zodra het evenement live gaat, kan je hier jouw telling(en) doorgeven.

Hoe gaat de Libellentelling in zijn werk?

  • Kies een zonnig moment, want dan laten de meeste libellen zich zien.
  • Ga bij de vijver zitten en noteer gedurende 15 minuten alle libellen die je ziet.
  • Maar tel deze waarnemingen niet bij elkaar op, want dan kan het zijn dat je libellen twee keer telt. Geef dus alleen het hoogste aantal door van een soort die je tegelijk hebt gezien. Voorbeeld: je ziet eerst 3 watersnuffels tegelijk. Tien minuten later zijn er weer 2 watersnuffels. Dan geef je door: 3 watersnuffels.

Zie je later op de dag of op een van de andere teldagen weer libellen? Dan kan je die doorgeven via een nieuwe telling.

Geen vijver in je tuin, maar wel libellen? Als je bij water in de buurt woont, willen libellen die daar vliegen ook je tuin wel eens bezoeken. Deze libellen tellen ook mee voor de Libellentelling. Zolang ze maar in jouw tuin zitten.

Tuintelling: https://www.tuintelling.nl/soortenboek/libellen

DE BIODIVERSITEITCOMMISSIE

Gezonde bodem – deel 1 –

tuinieren in een veranderend klimaat

De natuur hergebruikt alles. Al bijna vier miljard jaar bloeien er bloemen, groeien er planten en bomen zonder één druppeltje roundup of ander gif en andere eindige grondstoffen. Daar kan de mens veel van leren. De energie voor al dat leven komt van de zon. Planten nemen zonlicht op en bouwen er complexe moleculen, suikers en eiwitten van. Hoe doen ze dat? Ze hebben in ieder geval koolstof, zuurstof, stikstof en kalium nodig om het zonlicht om te zetten. In een gezonde bodem zijn deze grondstoffen voldoende beschikbaar dankzij ontelbare wezentjes zoals wormen, pissebedden, duizendpoten, maden, mijten, springstaarten, schimmels en bacteriën. Zij breken namelijk bladeren, twijgjes, takken, poep, dode dieren, en alles wat maar organisch is, af, waarbij de voedingsstoffen vrijkomen die erin opgeslagen liggen. De planten slaan deze voedingsstoffen op om van het zonlicht suikers en eiwitten te maken.

Koolstof, een element dat planten nodig hebben, speelt een belangrijke rol in de klimaatverandering. Omdat het veenmoeras veel koolstof vasthoudt in de bodem is het gebruik van turf, afgegraven veenmoeras, een groot probleem. Bescherming van het veenmoeras gaat klimaatverandering tegen. Ook in jouw tuin kun je koolstof vasthouden door zoveel mogelijk organische stof te produceren. Dat is meteen goed voor je groenten en je bloemen. Je kunt bijvoorbeeld een boom planten omdat een nieuwe boom elk jaar, al groeiend, koolstof opslaat. De koolstof blijft in de boom tot hij doodgaat of omgehakt wordt. We hebben niet allemaal ruimte voor een boom maar je kunt er vanuit gaan dat hoe meer vegetatie je hebt, des te meer koolstof je opslaat. Kale aarde neemt dus geen koolstof op, droogt bovendien snel uit en de voedingsstoffen in de bodem verdwijnen als de bodem bloot ligt. Je kunt ook koolstof opslaan door zelfgemaakte compost, mulch of houtskool aan de grond toe te voegen. De bodem wordt er rijker, donkerder en gezonder van, waardoor het de wormen en ander bodemleven goed gaat, de grond beter afwatert en de planten sneller groeien. Planten die groeien slaan meer koolstof op en hoe meer plantaardig materiaal je in de tuin hebt, des te meer insecten, vogels en wilde dieren je lokt zodat plantenziektes minder kansen krijgen.

Deel 2 van de serie over de bodem gaat over een gezonde bodem.
Wist je dat:
– er in één handvol (gezonde) bodem meer leven is dan er mensen zijn op aarde?
– de bodem voor ongeveer 45% uit minerale deeltjes (ontstaan uit gesteente) en voor de helft uit lucht en water bestaat?
– de overige 5% levende en afgestorven planten en dieren zijn, de zogenaamde organische bestanddelen, dus de humus?
– de wijze waarop deze bestanddelen op elkaar inwerken de eigenschappen van de bodem volledig kan veranderen en grote invloed heeft op de vruchtbaarheid van de bodem?
– dit daarom het belangrijkste kenmerk van de bodem is?
– er in de bodem voortdurend veranderingsprocessen plaatsvinden?
– temperatuur en regen processen in de bodem bevorderen waarbij voedingsstoffen vrijkomen of juist gebonden worden?
– dieren, bacteriën en schimmels stoffen in de bodem transformeren, afbreken en de manier beïnvloeden waarop de planten op elkaar kunnen inwerken?
– groeiende planten (in lente en zomer) en afstervende planten (in herfst en winter) humus leveren en met hun wortels de bodemeigenschappen veranderen?
– je daarom afstervende planten in herfst en winter beter kunt laten staan zodat ze het bodemleven voeden?​

Commissie Natuurlijk Tuinieren

E-mail: natuurlijktuinieren@onsbuitenleiden.nl

Op kale grond heeft het bodemleven niets te eten

atuurlijk Tuinieren natuurlijktuinieren@onsbuitenleiden.nl

Vondsten gezocht!


De commissie Biodiversiteit in Beeld is bezig met
het maken van een reizende tentoonstelling.
Voor die tentoonstelling zoeken we leuke
(natuurlijke) dingen die gevonden zijn op Ons
Buiten/Tuin van Noord. Denk aan braakballen,
schedeltjes, veren, etc. Heb je iets leuks in de
aanbieding dat we mogen gebruiken?

PROJECTCOMMISSIE BIODIVERSITEIT IN BEELD

Wie kweekt de grootste ?

Ook dit jaar is er weer een gezellige kweekwedstrijd. Wie kweekt de grootste Pompoen, Courgette of Zonnebloem ?
Doe mee! Het is spannend en er zijn leuke prijzen te winnen.

  • Voor het kweken van een grote pompoen vindt u hier tips en informatie
  • Voor de zonnebloem vindt u hier alle trucs die nodig zijn

Maar natuurlijk kunt u ook uw eigen (geheime) methode gebruiken. De zonnebloemenzaadjes zijn op te halen in het verenigingsgebouw zodat u alvast kunt starten met opkweken.
Afhankelijk van het weer kunnen de zonnebloemen er nog mooi bijstaan of niet. In het geval van niet oogst u het bloemhoofd, daar waar de zonnepitten in zitten, en droog het. Want het gaat niet om de hoogte van de bloem maar om de grootte van het bloemhoofd. Na de wedstrijd heeft u in ieder geval lekkere zonnepitten, voor u zelf, uw huisdier of de wilde vogeltjes. Het zou leuk zijn als we elkaar op de hoogte houden via de facebookpagina van Ons Buiten. De winnaars worden bekend gemaakt op 23 september 2023, Burendag! Iedereen is dan van harte uitgenodigd voor een high tea in het verenigingsgebouw. Met als hoogtepunt de uitreiking van de prijzen voor de kweekwedstrijd. We hopen u de 23ste september te zien.


Met vriendelijke groet, Alexandra en Cisca

DE ZOMERTUINMARKT COMISSIE

Zonnebloem

PLANT VAN DE MAAND

Paardenbloem – Taraxacum officinale
De laatste zondag van april is het De dag van de Paardenbloem. Daarom zetten we haar deze maand in het zonnetje.

Paardenbloem – Taraxacum officinale

Slechts weinig mensen weten hoe bijzonder de paardenbloem is omdat de plant de kans niet krijgt haar pracht te tonen. Voordat ze haar gele kopje kan uitvouwen, wordt ze soms al weggestoken. Bovendien zijn de paardenbloemen in Nederland zo algemeen dat bijna niemand er meer goed naar kijkt. En dat is jammer want er zijn maar weinig planten
die zoveel bijdragen aan tuinieren. Om te beginnen komen er in Nederland naar schatting al meer dan 1000 soorten voor. Een bloeiend weiland kan meer dan 60 soorten bevatten, een gewone tuin meer dan 25 soorten. Als je ze laat staan natuurlijk. In totaal zijn er meer dan 4000 verschillende soorten paardenbloemen!
De paardenbloem is een composiet met een diepe penwortel waarmee ze voedingsstoffen voor omliggende planten naar boven haalt. Bovendien maakt ze de grond los zodat wortels van andere planten makkelijker in de bodem kunnen komen.

Hoewel paardenbloemen geen bestuivers nodig hebben, zie je regelmatig insecten op de bloemen van paardenbloemen om nectar te drinken (voor suiker) of om stuifmeel te eten (voor eiwitten). Niet alle paardenbloemen produceren stuifmeel, maar wel alle paardenbloemen produceren nectar. Allerlei families foerageren op paardenbloemen, waaronder bladhaantjes, kniptorren, dansvliegen, zweefvliegen, bijen, hommels en vlinders. En dan is er natuurlijk de paardenbloemvlekgalmug, een kleine galmug waarvan de larven alleen in het blad van de paardenbloem leven. Dit verandert in een duidelijk zichtbare roodbruine vlek. Vanaf juli zijn deze vlekken zichtbaar.
Paardenbloemen zijn eetbaar. De jonge bladeren, ook wel molsla genoemd, zijn minder bitter dan de volwassen bladeren. De kweek van de echte molsla is veel arbeidsintensiever. Als je de jonge bladscheutjes die in het voorjaar uitgroeien bedekt, ontstaat er geen of weinig bladgroen. Vroeger zochten mensen in molshopen naar deze ‘gebleekte’ paardenbloembladeren, vandaar de naam molsla. De bloem is alleen eetbaar vóórdat de plant zaad maakt, daarna niet meer.
De gedroogde wortel helpt bij nier- en galkwalen, terwijl een afkooksel van de wortels, verse worteltinctuur of vers geperst wortelsap van de paardenbloem soelaas biedt bij artritis. Daarnaast hebben de wortels en bladeren door de aanwezige bitterstoffen een eetlustopwekkende werking en kun je de melk van de plant gebruiken tegen puistjes door ze rechtstreeks aan te brengen. Het sap van de bloem zou helpen tegen wratten. Van de bloemen kun je een honingachtige siroop koken of je kunt er jam van maken. In Engeland bevat de traditionele frisdrank (dandelion and burdock) deze siroop.

Ook koeien, schapen en geiten gebruiken de paardenbloem als medicijn. De mogelijke ondersteuning van de leverfunctie van melkvee is voor de melkveehouderij een belangrijk aspect van de paardenbloem. Paardensla is een alternatieve naam, de paardenbloem werd ook wel als veevoer gebruikt. Zelfs cavia’s en konijnen kun je voeren met vers geplukte bladeren van de paardenbloem.
Tot slot is de paardenbloem het symbool en attribuut van de gematigdheid en een christelijk symbool van rouw. Redenen genoeg om deze maand volop te genieten van de paardenbloemen in je tuin.

Paardenbloem – Taraxacum officinale


Let op: verwijder tijdig de uitgebloeide bloemen. Voor je het weet, zit jouw tuin en die van je buren en verder, vol met paardenbloemen!

Grote Leidse planten, stekjes en zaden ruilbeurs


Op zondagmiddag 30 april, van 12.00 tot 14.00 uur, wordt er in het verenigingsgebouw van Ons Buiten, een grote planten, stekjes en zaden ruilbeurs georganiseerd. Iedereen die iets plantaardigs te ruilen heeft of iets zoekt is van harte welkom.
Heb je niks te ruilen? Dan kan je ook een kleine vergoeding in de
pot doen. Waarom nu? Omdat het najaar en het voorjaar de beste tijd is om vaste planten te scheuren. Hè scheuren? Bij het scheuren van vaste planten wordt de plant allereerst opgegraven. Wanneer dit gebeurd is, wordt hij verdeeld in meerdere kleine stukjes. Het hart van de plant wordt doorgaans weggegooid, omdat dit het oudste gedeelte is. Dit deel kan uitgeput zijn/raken. Het verdelen van de kluit gaat het makkelijkste door de schop in het midden te zetten en hard te drukken.

Sommige kluiten zijn erg vast. Zo heb ik voor mijn Agapanthus de zaag gebruikt. Alle vaste planten en kuipplanten die een kluit vormen kun je scheuren. Let op! Planten die een struikje vormen zoals Tijm, Rozemarijn Lavendel e.d. kun je niet scheuren. Dus kijk of de plant echt een kluit vormt en ingeval van twijfel zoek de plant even op internet.
Veel “scheur” plezier en tot zondag 30 april.


De activiteitencommissie

Stekjes